Bericht van Onze Lieve Vrouw Koningin des Vredes aan Edson Glauber

7 augustus, had ik een droom:

Ik droomde over de wereld na het grote berisings. Bijna alles was verwoest en verdwenen. Veel mensen waren van aardse aanzicht gewist. Die op aarde achtergebleven hadden geen huizen meer. In Amazone waren voor mijl om mijl geen bomen: niets, niets, niets. Je kon de horizon in de verte zien en alles was als een enorme eenzame modderwoestijn: alleen maar modder gemengd met rot water. De mensen die overleefden hongerden, hadden niets, zaten of lagen in de modder omdat er geen schone plek was om te slapen, niets wat ze konden gebruiken om zich af te dekken of op de grond te leggen. Veel waren verdrietig met hun hoofd gebogen huilend en wenschten naar de dood.

Toen dacht ik aan de woorden die Onze Lieve Vrouw sprak in haar verschijningen in Akita Japan:

Vuur zal van de hemel vallen en een groot deel van de mensheid uitroeien, zowel goede als slechte, zonder priester of gelovige te sparen. De overlevenden, geconfronteerd met zo'n ramp, zullen de doden benijden.

Zo wakkerde ik op!